Gemiddeld belandt één op de vijf vermiste kinderen, waarvoor een AMBER Alert wordt uitgestuurd, in het buitenland. Om ervoor te zorgen dat deze kinderen ook over de grens beter opgespoord kunnen worden, organiseert AMBER Alert vandaag een politieconferentie in Praag. Tijdens de conferentie kunnen 50 politieagenten uit 20 landen, waaronder Nederland, contact met elkaar leggen. “Het is cruciaal dat de politie weet welke buitenlandse collega om drie uur ’s nachts gebeld kan worden bij een kinderontvoering die zich tot in dat land uitstrekt”, aldus AMBER Alert-oprichter Frank Hoen.

In het verleden werden AMBER Alerts al over de landsgrenzen heen gedeeld. Dit werd o.a. gedaan voor de tweejarige Insiya, die in 2016 vanuit Amsterdam naar India werd ontvoerd en recent nog voor de zes maanden oude baby Hannah uit Eersel die dankzij het uitgestuurde AMBER Alert gezond en wel in Duitsland werd aangetroffen.

Hoen: “Waar we eerst machteloos stonden als iemand met een kind de grens over ging , kunnen we Nederlandse kinderen nu ook in het buitenland sneller opsporen. Dat is geweldig. Toch kan het nog beter.”

“Het probleem is dat de politiesamenwerking veelal vertraagt bij de landsgrens. Dat moet veranderen. Je wilt te allen tijde een gespecialiseerde politieagent kunnen bereiken, die onmiddellijk in actie kan schieten wanneer een vermist kind naar dat land wordt meegenomen. Dit kan ons een cruciale hoeveelheid tijd schelen”, besluit Hoen.